Bolle buik 

We zijn uit eten. De Vuurzee staat bubbelend voor me: Champagnegist en Pinot Noir. Ik neem een slok van het Champagnebier en ben blij verrast. ‘En dat allemaal uit Soest!’ Dat had de serveerster verteld. Naast ons zit een bolle buik met haar man. De man loopt ieder half uur voor een sigaret naar buiten. ‘Wanneer gaat hij hiermee stoppen?’ zie ik de bolle buik denken.

‘Vijfgangenmenu?’ vraagt de serveerster. Ik probeer mijn aandacht weer op onze tafel te richten. ‘Geen vlees, toch?’ zeg ik tegen M. We doen aan milieubewust eten tegenwoordig.

Plotseling denk ik aan de momenten dat ík met een gevulde baarmoeder in een restaurant zat. Het wijnarrangement, rauw vlees en alle zachte kaas moest ik weigeren. ‘Doe maar gewoon vlees. En kaas. Alles mag rauw,’ zeg ik snel tegen haar. Ze loopt lachend weg.

Onze buurman gaat weer zitten. Er volgt een rookwalm.
‘Ik heb net nagedacht. Laten we toch maar Turquoise op de muur doen.’
De bolle buik knikt en neemt bedeesd een zip van haar mocktail.